Systemisch werken: hoe werkt dat dan?

Bij het coachen en begeleiden van mensen hebben we het in onze opleidingen vaak over ‘systemisch werken’. We kijken dan naar de systemen waar de cliënt onderdeel van is. En hoe die systemen invloed hebben op de vragen van de cliënt. In onze coachopleidingen is het werken met systemen een van de ankerpunten. Maar hoe werkt dat dan? En wat is systemisch werken precies? Je leest het in deze blog!

Wat is een systeem? 

Ieder mens hoort al van jongs af aan bij verschillende systemen. Met een ‘systeem’ doelen we dan op het grotere geheel waar je onderdeel van uitmaakt. Dat begint met je eigen familiesysteem, waar de familie van je vader en de familie van je moeder weer een deel van zijn. Het familiesysteem is het meest elementaire systeem. Je bent er je hele leven onderdeel van.

Als je opgroeit, wordt je onderdeel van nog heel veel meer systemen. Denk bijvoorbeeld aan de schoolklas, het sportteam, de vriendengroep en later in je leven ook je werkomgeving en alle andere verbanden waar je deel van uitmaakt. Je hebt deze systemen nodig, je leert en ontwikkelt jezelf daarbinnen.

Familiesysteem systemisch werken

Systemisch werken: wetmatigheden voor rust

Elk systeem heeft een eigen dynamiek en een eigen krachtenveld. De leden laten zich daardoor bewegen, bewust en onbewust. Dat kan een positieve invloed hebben, maar ook voor problemen zorgen. Het systeem is constant in beweging en overigens ook altijd op zoek naar balans en rust.

Om die balans en rust te vinden, kennen systemen drie wetmatigheden of ordeningsprincipes. Als deze geëerd worden, is er die rust. Als ze niet geëerd worden, zijn er verstoringen. En dat heeft weer invloed op het welzijn van de individuele leden. Verstoringen zijn vaak de oorsprong van allerlei problemen.

Welke drie wetmatigheden zijn dat?

1. Ieder lid heeft het recht om erbij te horen

Zodra je onderdeel bent van een systeem heb je ook altijd recht op een plek in dat systeem. Het maakt niet uit hoe lang je er al bent en of je veel aanwezig bent. En ook niet of je weinig bijdraagt of juist veel en of je wel eens verkeerde dingen gedaan hebt. Iedereen hoort erbij en niemand kan uitgesloten worden. En dat geldt overigens ook voor belangrijke gebeurtenissen van het systeem. Ze horen er allemaal bij.

Bij de familie Peters wordt nooit meer gesproken over hun jongste zoon Hans. Vader en moeder hadden een lastige relatie met hem en na een fikse ruzie is hij met de noorderzon vertrokken. Vader en moeder zijn nog steeds boos op Hans en willen het er het liefste nooit meer over hebben. Zand erover. Vader en moeder willen Hans uitsluiten van hun systeem, omdat de situatie te pijnlijk is.

In een sessie met hun relatietherapeut ontdekken ze de verstoring die door deze uitsluiting in het systeem is ontstaan. En wat de gevolgen daarvan zijn voor hun relatie. Ze besluiten op zoek te gaan naar Hans. Ze hebben hem nog niet gevonden, maar door de zoektocht heeft hij wel weer de plek in hun systeem teruggekregen. En dat geeft rust.

Info: Verschil in systemen

Er is een verschil tussen familiesystemen en organisatiesystemen. In familiesystemen blijft iedereen er altijd bij horen. Het maakt niet uit of je nog leeft of overleden bent. Ook vorige generaties blijven er altijd bij horen. In organisatiesystemen hoort iemand erbij zolang hij bijdraagt aan de taakuitvoering. Of als hij in het verleden een cruciale rol heeft gespeeld die tot op de dag van vandaag belangrijk is. Ook dan hoort hij er nog steeds bij.

2. Er is ordening

Er is een natuurlijke hiërarchische volgorde van de leden in ieder systeem. En dat is nodig voor de groei en vooruitgang. Ouders hebben een andere plek in het systeem dan de kinderen, zij gaan voor. Ze hebben een plek met andere verantwoordelijkheden, rechten en plichten. Oudere broers en zussen gaan weer voor de jongere. Kinderen staan op volgorde van geboorte in de kinderrij. En daarbij gaan eigen kinderen weer voor geadopteerde kinderen en biologische ouders voor stief- of adoptieouders.

Na het overlijden van vader had moeder het heel zwaar met haar gezin. Naast haar eigen rouw, en die van haar zonen van 16, 13 en 11, moest ze ook de dagelijkse zorg en haar werk weer oppakken. Wat vond ze het heerlijk dat haar oudste zoon Thijs zo dicht naast haar stond en meehielp met de opvoeding van ‘de kleintjes’.

Als de jongste zoon in zijn pubertijd ontspoort, leert moeder van zijn therapeut over plekverwisseling. Over oudste zoon Thijs, die vanuit liefde voor haar en zijn broertjes, de lege plek van vader had willen innemen. En hoe zij hem die plek ook graag wilde geven. Het systeem is daardoor uit balans gegaan en het jongste kind heeft daar last van.

Moeder wordt door middel van systemisch werken gecoacht om, ondanks haar dankbaarheid, Thijs weer te gaan zien als haar kind. Haar oudste kind. Ze zoekt hulp bij de opvoeding bij een goede vriend en laadt daar ook haar batterij weer op. Er ontstaat rust in het gehele systeem; bij de jongste, bij haar, bij Thijs en niet te vergeten ook bij haar middelste zoon!

In organisatiesystemen zie je in de ordening een afbakening tussen de leiders en de medewerkers, ook wel leden genoemd. De leiders gaan voor de leden. Medewerkers met meer dienstjaren gaan voor medewerkers met minder dienstjaren. En medewerkers die een grote bijdrage leveren gaan voor medewerkers die dat minder doen. Overigens is iedereen wel gelijkwaardig, maar door de ordening dus niet gelijk.  

3. Er is een balans van geven en nemen

Een systeem is erbij gebaat als ieders bijdrage wordt gezien en de leden ook de bijdragen van anderen aannemen. Dat geldt binnen werkrelaties, vriendschappen en ook in de relatie tussen partners. Het gaat bijvoorbeeld om het geven en nemen van aandacht, zorgzaamheid, liefde, geld, inspanning, energie en nog veel meer. De balans van geven en nemen is niet op een weegschaal af te meten. Vaak kun je wel voelen of geven en nemen in balans is of niet.

De relatie tussen Saskia en Geert loopt al een tijdje niet lekker. Geert tobt al jaren met zijn werk en hopt van baan naar baan. Hij kan nergens zijn draai vinden. Thuis heeft hij het druk met allerlei klusjes, waaronder solliciteren. Er is bij hem geen tijd voor huishoudelijke taken. Saskia vindt het lastig om Geert zo ongelukkig te zien en pakt naast haar fulltimebaan ook het huishouden op. Uit liefde. Het valt haar zwaar.

Tijdens een borrel houdt een goede vriendin van Saskia haar de spiegel voor. ‘Jij doet veel te veel in jullie relatie, wie zorgt er voor jou? Het is helemaal uit balans!’. Saskia heeft er in de weken daarna over nagedacht en het met Geert besproken. Sindsdien is er best wat veranderd. De fijnste verandering vindt Saskia dat Geert regelmatig uitgebreid voor haar is gaan koken. ‘En soms staat er ineens een heerlijke bos bloemen op tafel’.

Er is één relatie waarin de balans anders ligt. Dat is de ouder-kind relatie. Ouders geven meer aan hun kinderen dan omgekeerd. Dat begint met het geven van ‘het leven’ en daarna alle liefde, geld, tijd en aandacht die de ouders beschikbaar hebben. De kinderen nemen dit aan en geven niet in gelijke balans aan de ouders terug. Dat doen zij als zij zelf kinderen krijgen, dan geven zij hun kinderen weer meer dan ze ontvangen. Op die manier zijn ouder-kind relaties in het familiesysteem in evenwicht.

Meer dan ‘de som van de delen’

In iedere familie of organisatie spelen dynamieken die in andere systemen niet spelen. Ze zijn specifiek. Het gaat om het gedrag en de gevoelens tussen de ‘alle’ mensen uit het systeem en dat geeft ook de kracht aan het systeem. Je kunt bijvoorbeeld denken aan families die altijd heel nuchter en praktisch zijn. Of organisaties waarin energie en creativiteit de overhand hebben. De dynamiek van het systeem is groter dan de inbreng van de individuele leden. Ze is vaak onbewust en bepalend.

De dynamiek kan ook té krachtig zijn en spanning opleveren. Dan is er iets in de wetmatigheden verstoord geraakt. De oorzaak ligt dan bijvoorbeeld niet in het hier-en-nu of tussen bepaalde personen, maar zul je moeten zoeken in gebeurtenissen die eerder hebben plaatsgevonden. Wellicht in vroegere tijden of bij eerdere generaties. De spanning neemt af en de balans wordt hersteld als gebeurtenissen die veel impact hebben gehad, weer een plek krijgen.

In de schoonfamilie van Daphne klinkt regelmatig: ‘Nee, bij de Verbaantjes doen we niet aan van die emotionele toestanden. We genieten van het leven!’. Haar schoonouders hadden het in hun jeugd beiden zwaar gehad in de oorlog. Dat gevoel wilden ze nooit meer. Er was daardoor een familiecultuur waarin geen plaats was voor verdriet. Lastig voor de kinderen van Daphne die het best zwaar hadden met alle afzonderingsmaatregelen in Corona-tijd.

Wanneer systemisch werken?

Als een cliënt met een vraag bij je komt, kun je het gesprek voeren vanuit zijn individuele situatie, maar je kunt ook kijken naar de systemen waar de client deel van uitmaakt. Je krijgt dan een extra ingang voor de begeleiding. Om verstoringen in het systeem te ontdekken die aansluiten bij de vraag van de cliënt. De cliënt kan de balans herstellen waardoor rust ontstaat.

Praten over systemen kan werken. Maar binnen systemisch werken is het nog beter om te werken met opstellingen. Je zet dan het systeem daadwerkelijk neer in de ruimte. Daarmee kun je letterlijk voelen en ervaren wat en waar de verstoringen zijn. De dynamiek in het systeem is in de opstelling waarneembaar. Kijken naar de ordeningsprincipes helpt je om de verstoringen te ontrafelen en waar mogelijk de balans te herstellen.

Wil jij ook leren werken met systemen in coaching?

In onze opleidingen en trainingen gaan we dieper in op het systemisch werken. Ben je hier benieuwd naar? Klik dan hieronder om ons aanbod te bekijken!

Chat openen
Stuur ons gerust een berichtje!
KernKracht Academie
App ons of spreek in!